Gambar halaman
PDF
ePub

The following Papers are Recorded in the Office of the Secretary of State, Albany, New York.

(New York Colonial Manuscripts, vol. x., part 2, f. 397.)

Aen Ed: G" A. Heere Dr. Gê: en Heeren Raaden van N. Nederlant

Geeft reverentlijck te kennen Frans Jansen van Hochten, hoe dat hij Suppliant (hebbende geobtineert U Ed. G A. Vonnisse waer bij de Erffgenamen van Wolphert Gerritsen niet alleen sijn gecondemneert inde saake ten principaele noopende het parceel Lants geweest in questie; maer oock inde kosten, mitsgaders vordere taxatie vande voorst: kosten, decreet en executiorale daerop gevolcht dien niet tegenstaende bij desselve erfigename succumbanten betreffende de hem suppl: geadjuceerde en getaxeerde kosten werdende slepende gehouden (als in een gedurige Rosmoolen sonder tot een Eijnde te konnen geraacken).

Speciael Consent vande Ed: G" A. heer Dr. Geñi. Inden Durpen Amesfoort in arreste heeft doen nemen soedanige penningen, als vande huijsinge en boueverije toe behoort hebben Wolphert Gerritsen ende bij des selfs Erffgenamen de succumbanten onder den anderen verkoft sijn geprocedeert en onder Elbert Elbertsen ofte des selfs tweede kooper Kourt Stevensen berustende omme sijne voorst: getaxeerde declaratie neffens de kosten daerop te verhaelen, de selve Elbert Elbertsen en Kourt Stevensen doen Citeren voor U. Ed. G. Achtb. in verhoopinghe dat deselve by U. Ed. G". Achtb'. souden werden geordonneert den Supplt sijn voorst: geadjuceerde paratelijcken te voldoen, dan sijnde selve niet gecompareert maer hebben defaut Laeten gaen is oversulx alleen het

voorst. arrest verclaert voor valabel.

En alsoo den Suppliant besorcht is dat bij de voorst. geciteerdens (aengeset door de voorst. erffgenamen succumbanten) mochte worden getracht hem voorder gaende te houden ende dese sijne procedure te maecken als perpetueel.

Soo keert den Suppliant hem tot U. Ed. G". Acht'. versoeckende

14

gants dienstelijcken, dat deselve gelieven den Schout van de gemelte Durpe te ordonneeren de voorn Elbert Elbertsen ofte Steven Koertsen te sommeeren, omme binnen acht daegen uijt de penningen geprocedeert als boven gementioneert vande paije albereets vervallen ende noch niet betaalt sijnde den Supplt. sijn geadjuceerde declaratie met de kosten parateleijcken te voldoen, op peine van reele executie en in Cas de voorst. vervallen penningen voor dato van det voorst. arrest mochten sijn betaelt de actie van de naest te vervallen paey der voorst", penningen openbaerlijcken aende meest biedende (Comptant te betaelen) te verkoopen ten eijnde dat Supplt. mach geworden het Effect van U. Ed. G' Achtb. welgemelte vonnisse en wijdere dispositie daerop gevolcht, twelck doende etz.`

FRANS JANSEN VAN HOCHTEN.

Fiat quod petitur. Actum Fort Amsterdami in N. Nederlant den 29 9bre 1663.

TRANSLATION.

To the Noble, Very Worshipful, their Honors the Director-General and Council of N. Netherland.

Humbly showeth Frans Jansen van Hochten, that he, the petitioner, obtained from your Noble Worships a judgment, by which the heirs of Wolphert Gerritsen were condemned not only on the principal point relating to the parcel of land in dispute, but also to pay the expenses as taxed, together with a decree and order of execution; that notwithstanding this judgment the heirs, defeated in the former suit, delay the payment of the costs taxed and adjudged to the petitioner, and keep him constantly running as in a treadmill.

By special consent of his Noble Worship, the Director-General, he attached in the village of Amesfoort such moneys as were received for the house and farm formerly belonging to Wolphert Gerritsen and sold by his heirs among themselves, and kept in deposit either by Elbert Elbertsen or by the second purchaser,

Kourt Stevensen, to recover thereby the aforesaid taxed bill of costs and other expenses. He summoned Elbert Elbertsen and Kourt Stevensen before your Noble Worships, hoping that your Noble Worships would order them to satisfy your petitioner immediately; they however did not appear, but let the case go by default, and therefore the petitioner's attachment was declared valid. Now whereas the petitioner apprehends, that instigated by the heirs the summoned parties might endeavor to delay him further and make this lawsuit perpetual,

Therefore your petitioner very humbly requests your Noble Worships that they will please to direct the Schout of the aforesaid village to summon the said Elbert Elbertsen or Steven Koertsen to pay to the petitioner within eight days from the moneys received as above, the money, the payment of which, although long due, has been delayed until now, ǹamely, the whole amount and his costs, on the penalty of immediate execution, and that in case the amount due, as aforesaid, should have been paid before the date of the said attachment, the claim to the amount next due be sold for cash to the highest bidder at public auction; that thereby the petitioner may enjoy the benefit of your Noble Worships' judgment and further orders. Which doing, etc. Frans Jansen VAN HOCHTEN.

Fiat quod petitur. Done at Fort Amsterdam, in New Netherlands, 29th of November, 1663.

(New York Colonial Manuscripts, vol. x., part 3, £. 76.)

21 Febr 1664 Donderdagh.

Pieter Wolpherts van Couwenhoven cum Sociis Eijschers Contra Jacob van Couwenhoven gedaechden.

Den ged 3 default.

Eijsch gedaen maecken ende aende Ed. Gr. Achtb. Heeren Dr. Genl. en Raaden van N. Nederlant overgegeven bij ofte van wegen Pieter van Couwenhoven, Jan van Couwenhoven, Roeloff Mar

[ocr errors]

tensen als Man en Vooght van Neeltjie van Couwenhoven en Koert Stevensen als Man en Vooght van Marretje van Couwenhoven, als Eijschers op en Jegens Jacob van Couwenhoven gedaechde t'Samen Erffgenaemen van Wijlen Wolphert Gerritsen van Couwenhoven.

Edele, Groot Achtbaare Heeren :

De Eijschers in qualiteyt als Erffgenaemen vande voorst: Wolphert Gerritsen van Couwenhoven hunne respective Vader en Grootvader voor twee Staecken Seggen en doceren bij de protestatie gedaen door den Notaris Salomon La Chair geproduceert onder Littra A ende Relaes vande Gerichtsbooden en Concerge onder B & C: dat den gedaechden meede Erfgenaem vande voorst: Wolphert Gerritsen voor een Staecke door sijn Inobedientie ende Wederstreven, oorsaecke is geweest vande Costen ende moeijelichheden geresulteert ende ontstaen uyt het bewuste proces by Frans Jansen van Hochten geventileert tegens hunne voorst. Vader en Grootvader respective.

Ende oversulx sij eijsh" by minnelijcke Interpellatie hebben getracht den ged. te disponeren hen te Indemneren ende ontlasten van de voorst. Costen door hem ged. privatelijcken veroorsaeckt monterende volgens Acte van taxatie ende Specificatie over geleijt onder D & E f. 502, 3, 8, van het welcke te doen hij ged. met exceptie ende buijten propooste antwoorde hem onvilligh is stellende als blijckelijck onder F.

Weshalven de Eijs" hen genootsaeckt hebben gevonden sich te keeren tot de middelen van Justitie ende tot Vermeijdinge van Lankweijlich proces hebben den ged. van desen tijdelijcken Copye toegesonden, Omme sijn berecht soe hij vermeent daer tegen te hebben, daer neffens gelijckelijcken te mogen leggen.

Concluderen dat den ged. om redenen geallegeert by U Ed. G' Achtb. diffinitive vonnisse Sal werden geçondemneert inde voorst. Somme en dienvolgens deselve Somme hen Eijs" werden geadjuceert uijt Soodanige penningen als de Eijs" uijt Crachte van Acte van Cessie door de voorst. Frans Jansen op hen verleeden

meede geexhibeert onder E hebben doen arresteren onder Elbert Elbertsen to Amesfoort als te sien sub G ende deselve daervoor verclaert executabel en tot alsulcke andere Finen als hem oirbaerlijch te sijn en best moogen volgen Cum Expensis.

U. Ed. Gr'. Achb. Dien

Pieter van Couwenhoven, Jan Gerritsen van Couwenhoven mede vervangende de andere erffgenaemen Willem van Couwenhoven, Roeloff Martensen en Coert Stevensen.

TRANSLATION.

21 February, 1664, Thursday.

Pieter Wolphertsen van Couwenhoven cum sociis, plaintiff, v. Jacob van Couwenhoven, defendant.

The defendant is in default the third time.

Complaint made and delivered to the Noble, Very Worshipful, their Honors the Director-General and Council of New Netherland, by and in behalf of Peter van Couwenhoven, Jan van Couwenhoven, Roeloff Martensen as husband and guardian of Neeltjie van Couwenhoven, and Koert Stevensen as husband and guardian of Marretje Couwenhoven, as plaintiffs, against Jacob van Couwenhoven, defendant, all the parties being the heirs of the late Wolphert Gerritsen van Couwenhoven.

Noble, Very Worshipful Gentlemen:

The plaintiffs, as heirs of the said Wolphert Gerritsen van Couwenhoven-their respective father and grandfather-for two shares, say and declare by the protest drawn up by the Notary Salomon La Chair, submitted under A, and the reports of the Court Messenger and the Concierge, under B and C, that the defendant, coheir of the said Wolphert Gerritsen for one share, has by his disobedience and opposition, caused the expenses and troubles resulting from the well known lawsuit undertaken by Frans Jansen van Hochten against their father and grandfather respectively.

« SebelumnyaLanjutkan »