Gambar halaman
PDF
ePub

plaats konden vinden. Gelukkig is verwijzing naar het supplement uitsluitend tot bovenbedoelde artikelen beperkt kunnen blijven.

Niet alle artikelen, welke in de 1ste uitgave der Encyclopaedie opgenomen zijn, hebben vermelding gevonden in de 2e uitgave. Die, welke in de eerste uitgave wèl, in de tweede niet of althans niet in denzelfden vorm voorkomen, zijn in alfabetische volgorde te vinden in een aan dit deel toegevoegde lijst.

Voorts is in dit deel opgenomen het in het voorbericht op Dl. I bedoelde naamregister van personen, wier namen in den tekst van eenig artikel zijn genoemd, doch van wie geen biografie in deze Encyclopaedie voorkomt. Alleen de persoonsnamen, voorkomende in het artikel Tijdschriften en Periodieken zijn niet in dit register opgenomen, wijl dit anders een omvang zou hebben verkregen ver buiten verhouding tot het daarvan te verwachten nuttig effect.

Ten slotte vindt men in dit deel de lijst van verbeteringen op het geheele werk, bedoeld in het voorbericht van Dl. II.

Werd hierboven reeds in het voorbijgaan gewaagd van de dankbaarheid, welke de redactie vervult ten opzichte van de medewerkers, nu de Encyclopaedie op haar weg gekomen is aan een mijlpaal, die oorspronkelijk als eindpunt bedoeld was, wil de redactie niet nalaten, nogmaals haar dank te betuigen aan allen, die op eenigerlei wijze hebben bijgedragen tot het tot stand komen van dit werk. Van harte hoopt zij ook bij de voortzetting van het werk den onmisbaren steun te zullen blijven ondervinden, welke haar tot dusver zoo ruimschoots verleend is.

October 1921.

DE REDACTIE.

[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small]

VIII MEDEWERKERS AAN HET VIERDE DEEL DER ENCYCLOPÆDIE VAN NEDERL.-INDIË.

[merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][ocr errors][ocr errors][ocr errors]

SOEMBA, TJENDANA of SANDELHOUTEILAND. La ndbeschrijving. Gelegen in den Indischen Oceaan ten Z. van Flores en daarvan gescheiden door Straat Soemba. Het ligt tusschen 119° 3′ en 120° 50′ O.L. en 9° 15′ en 10° 20′ Z.B. en heeft een oppervlakte van ongeveer 14000 K.M.2. Een gebruikelijke indeeling van het eiland is die in drie landschappen: Memboro of West-Soemba, Waingapoe of Midden Soemba en Mělolo of Oost-Soemba. Voor de administratieve indeeling zie onder SOEMBA, afdeeling.

De talrijke kapen op het eiland vormen vele bochten of inhammen, die vooral langs de Noordkust tamelijk goede ankerplaatsen opleveren, waarvan de voornaamste is de Nangamessi Baai of Baai van Waingapoe.

Eerst door de verkenningstochten van Witkamp (zie Literatuur) is het mogelijk geworden een goed denkbeeld van de bodemgesteldheid van het eiland te verkrijgen. Het wordt voor het grootste deel ingenomen door kalkplateaux, die zelden uit harde kalkgesteenten, meestal uit krijtlagen en zachte mergels bestaan. Zij vertoonen vele der typische verschijnselen van de karstformatie, zooals dolinen, blinde dalen, holen, steilwandige cañons. De terreinen met scherpe richels (,,karren"), die voor vele andere kalkgebergten typisch zijn, ontbreken nagenoeg. Daarentegen komt veel voor het eveneens voor de karstvorming zeer karakteristieke geval, dat de plateaux zijn stukgesneden tot afzonderlijke ruggen en kopjes. Een zoo sterke en regelmatige versnijding als in den Goenoeng Sèwoe op Java (zie DUIZENDGEBERGTE) wordt niet vermeld; de kopjes zijn meestal meer dam- dan kegelvormig; zulke langwerpige koppen komen trouwens ook in den Goenoeng Sewoe veel voor. Het sterkst spreekt dit landschapskarakter in Midden-Soemba. Dit wordt grootendeels ingenomen door een hoogvlakte van 5-600 M., sterk versneden, met honderden dicht opeengedrongen kopjes en lange, sterk vertakte, grillig kronkelende cañons, met steile wanden en horizontale bodems. De afwatering is echter grootendeels ondergrondsch. In de wijde en zeer vlakke pannen is de bodem meestal met zwarte leem bedekt. Het plantenkleed dezer kalkplateaux is zeer eentonig en bestaat grootendeels uit alang-alang. Ten deele zal die de natuurlijke begroeiing vormen, maar voor een ander deel is de ontwouding en de ook op Soemba algemeene gewoonte van het afbranden schuld aan de overheersching van dit gras; op wat vruchtbaarder gronden schiet na het branden struikgewas op, dat ook groote terreinen beslaat. Voor het afbranden is hier een geldiger

S.

reden dan in de meeste andere streken: de jonge alang-alang vormt een geschikt voedsel voor de Soemba'sche paarden, de vermaarde sandelwoods, die vrij in de steppen rondloopen, De boomgroei is, als zoo dikwijls in grassteppen, meest beperkt tot de kruinen der kopjes en tot de dalen, die als lange, groene linten door het landschap kronkelen.

Terwijl deze kalk plateaux ook in het Noorden van West- en van Oost-Soemba een groote uitgestrektheid beslaan maar hier met meer bovengrondsche afwatering, dus met talrijker, gewoonlijk waterhoudende rivieren vertoonen de Zuidelijke deelen van het Westen en Oosten een ander landschapstype. Hier liggen hoogere berglanden, ten deele bestaande uit eruptiefgesteenten, die elders door de kalklagen bedekt zijn, maar hier boven het kalkdek uitsteken. Zoowel in het Westen als in het Oosten vormen de hoogste deelen dezer berglanden de waterscheiding tusschen Noord- en Zuidkust. In het Westen ligt die ongeveer evenver van beide kusten, in het Oosten dicht bij de Zuidkust, zoodat zich hier naar het Noorden de langste rivieren en groote stroomgebieden van het eiland hebben kunnen ontwikkelen, met name dat der Kambera-rivier, die uitloopt in de baai van Kambinaroe, een onderdeel van de reeds genoemde Nanga messi-baai, de grootste inham der Noordkust. De eruptiefgesteenten zijn zoowel oudere (graniet, syeniet, porfier, dioriet, gabbro, diabaas) als jongere (andesiet, basalt, porfieriet, rhyoliet). Vulkanische verschijnselen zijn echter op Soemba niet waargenomen, zoodat men aanneemt, dat de jongere erupties niet in het tegenwoordig tijdvak, het kwartair, maar in het tertiair hebben plaats gehad. Toen moest zij zich over de geheele lengte van het eiland hebben uitgestrekt, want ook onder de kalken van Midden-Soemba komen hier en daar eruptieve vormingen voor den dag, met name puimsteenconglomeraten. De afhellingen dezer berglanden naar de Zuidkust zijn de eenige terreinen van het eiland, die een samenhangend dicht boschkleed dragen; daarin staan de sandelhoutboomen. Alleen op de eruptieve bodems komen deze uitgestrekte bosschen voor. Aan de Noordelijke hellingen is, vooral in WestSoemba, reeds veel bosch voor den ladangbouw vernield. Het bestuur gaat thans het branden tegen. Op een eiland met overheerschenden kalksteenbodem en waarvan het klimaat gekenmerkt is door felle droogteperioden, is dat zeer noodig. In West-Soemba reiken de hoogste punten tot 8-900 M., in het Oosten, het bergland van Massoe, dat de krachtigste vormen en de talrijkste toppen bezit, tot 11-1200.

Als hoogste top wordt opgegeven de Wangga mali, 1225 M.

Zooals uit het voorgaande valt af te leiden, is de vruchtbaarheid van Soemba over het algemeen gering en de meeste landschappen zijn dan ook dun bevolkt, met name in MiddenSoemba. Het dichtst is de bevolking in de centrale en Zuidelijke deelen van het Westen en ook eenige streken van het Zuidoosten zijn meer bewoond. De meeste dorpen in de kalkstreken liggen boven op de kopjes, en ook in de andere terreinen zijn ze meest op toppen aangelegd; bovendien zijn ze door dichte cactushagen omgeven, die slechts één doorgang bezitten. Soms bestaat de omheining uit hooge muren van opeengestapelde steenen, van zware poort deuren voorzien. Sedert 1906 heeft het bestuur den aanleg van nieuwe dorpen op deze wijze verboden. In den omtrek van vele dorpen bevinden zich open tuinkampoengs, waar de bevolking in den oogsttijd verblijf houdt.

Terwijl in Midden- en Oost-Soemba geen sawahbouw wordt aangetroffen, is deze in het Westen zeer verspreid, op de vruchtbaarder en gemakkelijker bevloeibare terreinen. Zoodoende is alleen in het Westen rijst het hoofdvoedings. middel, overigens maïs en aardvruchten. In vroeger tijd heeft ook Oost-Soemba in verschillende streken sawahs gekend, die zijn verlaten tengevolge van de ongeregelde maatschappelijke toestanden. De bevolking moet in vroeger jaren ook veel dichter geweest zijn dan thans.

De lontarpalm wordt op het eiland in groote menigte aangetroffen; ook tjěmara's en koesambi's komen veel voor. Het meest bekend is natuurlijk de Sandelhout-boom, waarnaar het eiland wel genoemd wordt.

De proeven, sedert 1913 door het bestuur genomen tot verbetering van het vermaarde paardenras der Sandelwoods (zie PAARD) hebben groot succes gehad, terwijl sedert ook kudden Bengaalsch en Australisch vee zijn ingevoerd, welke goed gedijen.

Bevolking. Behalve Soembaneezen, vormen vooral de Mohammedaansche Èndéhneezen, Savoeneezen en Boegineezen een belangrijk gedeelte der bevolking; laatstgenoemden zijn meest geconcentreerd ter hoofdplaats Waingapoe, alwaar ook eenige Chineezen en Arabieren verblijf houden, zoomede te Waikelo. Op sommige plaatsen, met name te Kambaniroe, Mololo, minder te Mendjili en eenige andere plaatsjes aan de Oostkust, bestaat de bevolking voornamelijk uit Savoeneezen, die het nijverste deel der bewoners van Soemba vormen. De kolonisten hebben voor onze daadwerkelijke vestiging op dit eiland getracht de oorspronkelijke bewoners te verdringen en een soort suprematie over hen uit te oefenen, hetgeen thans niet meer plaats heeft.

De eigenlijke Soembaneezen zijn in verschillende stammen en maatschappelijk in drie kasten verdeeld, lo. de Maramba's of grooten, waartoe ook de vorsten gerekend worden te behooren, welke laatsten evenwel ter onderscheiding van de overigen, maramba bokoel of hangadji worden genoemd; 20. de Kabisoe's of vrijen en 3o. de kleine man, eertijds de slaven (zie voor meerdere bijzonderheden over standenverdeeling, benevens eigendomsrecht op den grond: De Roo).

De huizen zijn over het algemeen zeer groot, doch uiterst primitief ingericht en zonder uitzon

dering op palen gebouwd, terwijl de daaronder ontstane ruimte tot verblijfplaats van paarden en andere huisdieren dient; voor de karbouwen is meestal in de nabijheid der huizen een kraal gebouwd. De huizen der aanzienlijken onderscheiden zich nagenoeg in niets van de overige. (Voor de inwendige inrichting van de huizen zie Roos, bl. 19, voor de uitwendige Ten Kate, pl. 5). Dichtbevolkte plaatsen vindt men alleen op W. Soemba, waar kampoengs van meer dan 50 huizen veel voorkomen; overigens bestaan de kampoengs gewoonlijk uit niet meer dan 8 huizen, veelal zelfs minder, terwijl 20 huizen eene uitzondering is. In alle kampoengs treft men graven aan (in het algemeen réti genaamd), kenbaar door zware monumenten van soms versierde steen n. Alle vertoonen, behalve in W. Soemba, hetzelfde hunebed- of dolmentype (Ten Kate, 570). Men vindt deze graven ook dikwijls in onbewoonde streken, bewijzende dat ter plaatse eertijds kampoengs waren, die nu verwoest en verlaten zijn.

Van een geheel ander type zijn sommige graven, vooral van de aanzienlijken, in W. Soemba (te Měmboro): witgepleisterde, massieve steenen gebouwtjes.

De voornaamste bedrijven der mannelijke bevolking zijn veeteelt en landbouw, waarbij ook de vrouwen behulpzaam zijn; vlechten van mandjes en touwwerk en breien van vischnetten; inzamelen van de weinige op dit eiland voorkomende boschproducten en vogelnestjes, schildpadvangst, voorts eenigszins het smeden van ijzer- en koperwerk, terwijl enkelen bedreven zijn in het vervaar digen van mamoeli's en kanatars (zie beneden), waarbij meestal muntstukken het materiaal leveren. De vischvangst, hoewel niet onbelangrijk, bepaalt zich tot de rivieren en het bij eb drooggeloopen strand, aangezien de Soembanees zich niet op zee waagt. Overigens verrichten de vrouwen al het werk; zij helpen, zooals reeds gezegd, bij den landbouw, bereiden zout, suiker (eigenlijk stroop gekookt uit het sap der lontarpalmen, hetgeen uitsluitend door Savoeneezen geschiedt) en bakken aardewerk, terwijl ze, behoudens in de binnenlanden waar niet geweven wordt, zonder uitzondering bedreven zijn in het spinnen, verven en weven van katoenen garens voor kleedingstukken. De weefkunst staat op Soemba op zeer hoogen trap van ontwikkeling. Het weven zelf geschiedt door vrouwen der lagere klasse; het voorafgaande aanbrengen der figuren in de witte weefgarens door het procédé van „ikatten" en opvolgend verven door de vrouwen der maramba's en enkele voorname kabisoe's (verg. De Roo, 594). (Zie voor het weven: Ten Kate 551; G. P. Rouffaer, Catalogus der O.-I. weefsels enz. 1901 en als vervolg: Koloniaal Weekblad, 7 Nov. 1901; J. A. Loeber Jr. in Nieuwe Rott. Ct. van 4 Sept. 1901, Eerste Blad B, en Dez. Het ikatten in Ned. Indië (met afbeeldingen) in Onze Kunst, jaarg. I, 1902; Nieuwenkamp in Tijdschr. Aardr. Gen. 1920.

De bewoners drijven betrekkelijk weinig handel in de producten des lands; wel worden sommige artikelen uitgevoerd, doch van groote beteekenis kan de handel niet worden geacht. Een uitzondering evenwel maakt hierop de paardenuitvoer, welke in de laatste jaren gemiddeld ruim 2400 stuks 's jaars bedraagt. De uitvoer heeft plaats van Waingapoe, de eenige handelsplaats van beteekenis.

De kleeding der Soembaneezen is vrij eenvou

[ocr errors][merged small][merged small][ocr errors]
« SebelumnyaLanjutkan »