Tabel C. ONTVANGSTEN EN GEWONE UITGAVEN TERZAKE VAN DE MONOPOLIES.

1867 1877 1887 1897 1907 1908 1909 1910 1911 1912 1913 1914 1915

Ontvangsten.

1. Opium

2. Pandhuizen
3. Zout

Uitgaven.

1. Opium

2. Pandhuizen
3. Zout.

10511 16415 18722 18772 21668 23017 23178 27948 30537, 38452 41542 40487 37050
373
1075 1232 4576 5709 7694 10578 11774 5669 7518 9496 10822
5860 6703 7782 8761 11571 11966 12368 12866 12585 12387 12700 12784 14056

16744 23118 27579 28765 37815 40692 43240 51392 54897 56508 61760 62767 61928

786 3096 1855 1726 4371 4783 4128 9998 12574, 14383 16739 11699 10871
2555 3796 5545 8288 9658 3222 3670 4319 4620
1769 2789 2577 2448 3512 3433 2837 3271 4035 5031 5811 5748 5757
2555 5885 4432 4174 10438 12012 12510 21557 26267 22636 26220 21766 21248

Saldo.

1. Opium

2. Pandhuizen
3. Zout.....

9725 13319 16867 17046 17297 18235 19050 17950 17963 24069 24804 28788 26179
373
1075 1232 2021 1914 2149 2290 2116 2447 3847 5178, 6202
4091 3914 5205 6313 8059 8533 9531 9595 8550 7356 6889 7036 8299

14189 17233 23147 24591 27377 28682 30730 29835 28630 33872 35540 41002 40680

Tabel D. ONTVANGSTEN EN UITGAVEN TER ZAKE VAN DE PRODUCTEN.

758011) 898611) 572601) 27858 42749 34907 33512 39470 51487 58565 57831 37275 49601

24494

91
658

746

9258 10232 1732 1982 953 892 674 1580 1357 1327 1403
75 171 122 451 158 414 348 321 303 326 339 325
2409 2360 4838 10320 10384 11612 10596 10759 12607 12011 11444 10767
1083 3140 3108 2701 3120 3061 2968 3399 4836 4929
895 2349 3048 3535 4172 4838 5435 5952 5879 5608
66 90 801 129 188 195 258 250 293
3 90 84 83

98 230 7011 631 500

372481) 348631) 148831) 17170 18061 19160 19380 19344 19943 23324 24007 24708 23829

1) Onder de totaal-cijfers van de jaren 1867, 1877 en 1887 zijn ook begrepen de uitkomsten betreffende
het toenmalige gouvernements product „suiker", n.l. in duizendtallen.

Ontvangsten
Uitgaven

Saldo

1867 1877 1887
18.000 11.000 3.000
10.000 7.000 2.000
8.000 4.000 1.000

Voorts in 1867: wegens andere producten (zooals indigo, peper enz.) aan ontvangsten 1.000 en onder
de uitgaven nog een bedrag van 11.000 wegens uitgaven in Nederland, welke niet productsgewijze kon-
den worden verdeeld, met welk bedrag het saldo van 1867 derhalve is verminderd.

ONTVANGSTEN EN UITGAVEN TER ZAKE VAN DE PRODUCTEN (Vervolg).

385531) 549981) 423771) 10688 24688 15745 14134 20126 31544 35241 33823 12567 25773

86

81

-

5810 4155 2695 1733 579 887 724 2027
102 298 148 94 118 107 59 68
3224 18332 11481 10312 17133 27741 31308 29191
526-109-309 331 362 572 754 637 243 511
1026 2078 1910 1812 2055 2128 2175 2127 1684 1834
63 90 - 77
14-125 38
3 90

919 2216

225 109

9795 20969

-

-

1

1) Zie noot op blz. 753.

Tabel E. ONTVANGSTEN EN UITGAVEN TERZAKE VAN DE BEDRIJVEN.

1867 1877 1887 1897 1907 1908 1909 1910 1911 1912 1913 1914 1915

31

110 121 227 385 351 477 373 523 493 475 591 678
667 1265 1348 2145 3609 3795 4296 5211 5295 6268 6855 7872 8524
4398 10239 19097 19969 21075 23634 26539 29599 32620 35118 35827

698 1375 5867 12611 23091 24115 25848 29218 32357 36360 39949 43581 45029

100 227

173 186 309 339 333 359 402 485 518 495 537
1421 2182 2028 1989 3741 4384 4295 5548 5889 6536 8971 9734 10192
2400 6717 11495 11030 12612 14602 13915 18291 19391 20582 18609

-

1521 2409 4601 8892 15545 15753 17241 20509 20205 25312 28881 30811 29339

-823-1034 1266 3719 7546 8361 8607 8709 12153 11048 11068 12770 15690

(1) De met een nummer en letter aangeduide belastingen zijn thans vervallen of bestemd om te vervallen.

(2) De opbrengst der bedrijfsbelasting is voor 1867 niet afzonderlijk op te geven.

Tabel G. GEWONE LANDSUITGAVEN (d. z. de gewone uitgaven uitgezonderd die voor monopolies,
produkten en bedrijven) in verband met de rechtstreeks daartegenover staande ontvangsten.

(1) Sedert 1914 met uitzondering van: havenwezen, waarvoor toen de cijfers afzonderlijk werden
vermeld.

(2) Uitgezonderd: vaste recht en cijns, welke

als niet rechtstreeks tegenover gewone Landsuitgaven

staande onder,,verschillende middelen" zijn verantwoord. (Zie den laatsten staat.)

(3) Dat deze post eerst op de begrooting voor 1913 voorkomt houdt verband met het feit, dat bij de
wet van 31 October 1912 (Ned. Stb. no 325. Ind. Stbld. no 610) tot nadere regeling van het Ned. Ind.
munt wezen de mogelijkheid is geopend om voor Indië grove zilveren munt aan te munten tot uitbreiding
van den geldsomloop en met de daarmede gepaard gaande instelling van een muntfonds.

(4) Eerst bij de begrooting voor 1913 zijn alle uitgaven en ontvangsten ter zake van de vervoer-
diensten op afzonderlijke posten bijeengebracht.

(5) De,,ontvangsten voortvloeiende uit het bedrijf der haveninrichtingen" zijn niet in dezen staat
doch in den volgenden onder,,verschillende middelen" opgenomen, omdat zij niet geacht kunnen worden
uitsluitend tegenover gewone uitgaven te staan. (Zie onder HAVEN- EN ANKERAGEGELDEN.) De haven-
en ankeragelden behooren sedert 1910 onder de inkomsten van het departement der Marine in N. I.